Naarmate we ouder worden, worden we vaak wat vergeetachtiger. We komen bijvoorbeeld lastiger op bepaalde woorden dan voorheen. Bij bijna alle ouderen zie je dit in enige mate gebeuren, maar tussen ‘een beetje vergeetachtig’ en de diagnose dementie of Alzheimer zit natuurlijk nogal wat verschil. Alzheimer en dementie komen in beeld wanneer vergeetachtigheid steeds erger wordt.
De twee termen worden overigens vaak door elkaar gebruikt. Dus wat is precies het verschil? Alzheimer en dementie: in deze blogpost gaan we er dieper op in.
Wat is dementie?
Dementie is de overkoepelende term voor stoornissen waarbij een cognitieve achteruitgang zichtbaar is. Alzheimer valt als subtype onder deze overkoepelende term, maar er zijn dus ook andere vormen van dementie. Alzheimer Nederland schat dat er in Nederland ongeveer 270.000 volwassenen met dementie zijn, en dat dit aantal de komende decennia fors toeneemt.
Wanneer spreken we van dementie?
We spreken van dementie wanneer iemand cognitieve veranderingen vertoont en daardoor op een verminderd niveau functioneert dan voorheen. Mensen met dementie kunnen dagelijkse taken, zoals het betalen van rekeningen en het innemen van medicatie, minder goed uitvoeren. Vaak zien we beperkingen op (enkele van) de volgende gebieden: geheugen, ruimtelijk inzicht, beoordelingsvermogen, ziektebesef, taal, schrift, handelen, zintuigen, gedrag en stemming.
Wat is Alzheimer?
Met ongeveer 70% van de dementiegevallen, is Alzheimer de meest voorkomende vorm van dementie. In de meeste gevallen vertoont iemand met de ziekte van Alzheimer symptomen na het 65e levensjaar.
Bij Alzheimer zie je vaak eerst beperkingen op het gebied van geheugen, taal, ruimtelijk inzicht of probleemoplossend vermogen. Kenmerkend voor Alzheimer is een sluipend begin en een geleidelijke progressie van beperkingen op deze gebieden. Voordat de diagnose Alzheimer gesteld wordt, moet eerst worden vastgesteld of er geen andere aandoening (of medicatie) aan deze klachten ten grondslag ligt.
Wat is de oorzaak van Alzheimer?
Het is (nog) niet bekend welke exacte oorzaak Alzheimer heeft. Wel zijn er opvallende biomarkers bekend; biologische factoren die een meetbare indicatie kunnen geven van een lichaamstoestand die typerend is voor de ontwikkeling van Alzheimer. Een voorbeeld hiervan is ophoping van het eiwit amyloïd-bèta tot zogeheten plaques. Door deze plaques treden ontstekingsreacties op, met verlies en/of atrofie van neuronen tot gevolg.
Ook kan er sprake zijn van veranderingen in het tau-eiwit, dat een complex stelsel voor het transport van neurotransmitters op zijn plek houdt. Door deze veranderingen ontstaat er een tekort aan neurotransmitters, die onder meer van belang zijn voor het opslaan van nieuwe informatie. Je ziet bij Alzheimer-patiënten dan ook vaak dat zij juist hiermee moeite hebben; het opslaan van nieuwe informatie.
Zijn de hierboven genoemde biomarkers aanwezig? Dan is er een grotere kans dat de dementiesymptomen daadwerkelijk worden veroorzaakt door de ziekte van Alzheimer.
Andere vormen van dementie
Naast Alzheimer bestaan er nog andere varianten van dementie. Voorbeelden hiervan zijn:
- Frontotemporale dementie (ook wel bekend als de ziekte van Pick)
- Vasculaire dementie
- Dementie met lewy bodies
- Dementie door traumatische hersenschade
- Dementie door gebruik van middelen of medicatie
- Dementie door een hiv-infectie
- Dementie door een prionziekte (bijvoorbeeld de ziekte van Creutzfeldt-Jakob)
- Dementie door de ziekte van Parkinson
- Dementie door de ziekte van Huntington
Deze vormen van dementie hebben andere kenmerken dan Alzheimer. Bij dementie met lewy bodies fluctueert het niveau van functioneren bijvoorbeeld sterker, en hebben patiënten soms last van hallucinaties. De achteruitgang gaat ook vaak sneller dan bij Alzheimer. En bij frontotemporale dementie spelen problemen met zelfbeheersing, planning en overzicht bijvoorbeeld weer een sterkere rol.
Wat is het verschil tussen Alzheimer en dementie?
Zoals hierboven al aangegeven, is dementie een overkoepelende term voor verschillende aandoeningen waarbij cognitieve veranderingen optreden. Alzheimer is een subtype dat onder deze parapluterm valt, net als andere cognitieve aandoeningen zoals frontotemporale en vasculaire dementie.
Kun je erfelijke aanleg hebben voor dementie?
Volgens onderzoek is een verhoogd risico op Alzheimer erfelijk. Het is aangetoond dat je zelf eerder Alzheimer ontwikkelt als er directe familieleden met Alzheimer zijn. Daarnaast zijn er bepaalde genen geïdentificeerd die het risico op Alzheimer behoorlijk kunnen verhogen of verlagen. Alzheimer voorkomen is volgens de huidige stand van de wetenschap nog niet mogelijk, maar er is wel bewijs dat een gezonde leefstijl de kans erop kan verkleinen.
Alzheimer en het iGene Paspoort
Als je een DNA-test doet, kun je zien of je zelf een verhoogd of verlaagd risico hebt om op latere leeftijd Alzheimer te krijgen. Heb je een verhoogd risico? Dan krijg je van iGene ook persoonlijke leefstijladviezen om de kans op Alzheimer te verlagen. Over andere vormen van dementie dan Alzheimer geeft iGene op dit moment geen risico-informatie.
Alzheimer Nederland (2017)
American Psychiatric Association. (2013). Diagnostic and statistical manual of mental disorders (DSM-5®). American Psychiatric Pub.
McKhann, G. M., Knopman, D. S., Chertkow, H., Hyman, B. T., Jack Jr, C. R., Kawas, C. H., ... & Mohs, R. C. (2011). The diagnosis of dementia due to Alzheimer’s disease: Recommendations from the National Institute on Aging-Alzheimer’s Association workgroups on diagnostic guidelines for Alzheimer's disease. Alzheimer's & dementia, 7(3), 263-269.